vrijdag 18 oktober 2013

Peter Schiff was right

De Amerikaanse MSM, gehoorzamend aan de instructies van hun politieke meesters, maken de nieuwe Fed chief Janet Yellen tot de grote aankondiger en voorspeller van de housing crisis van 2008.
Daar heeft Peter Schiff, die die crisis wél correct voorspelde natuurlijk wel wat over te zeggen: zie SchiffReport van 17-10-2013. Om aan te tonen dat híj in een vroeg stadium de kat de bel aanbond, linkt hij naar zijn speech voor de Mortgage Bankers Convention van 2006 en naar een column van 18 november 2005 op zijn site. Allebei de moeite waard.

zaterdag 17 augustus 2013

The Beginning of the End?

Peter Schiff spreekt in zijn laatste videoblog (link) over hoe de economische gebeurtenissen van de afgelopen week hem gelijk lijken te geven in zijn voorspellingen en kritiek. Het geld bijdrukken door de centrale bank moet op een gegeven moment zijn stimulerende werking verliezen ondanks de steeds hogere doses, zei hij, net als een drugsverslaafde steeds meer drugs nodig heeft om high te blijven. 
Waar gaan we het aan merken dat het niet meer werkt? Als - ondanks de kolossale hoeveelheden goedkoop geld die in de economie worden gepompt - de rentevoet  en de rendementen op de staatsobligaties toch stijgen. De Amerikanen merkten het al aan de stijgende prijzen van alles, vooral benzine, voedsel en huizen, maar Bernanke kon moeilijk toegeven dat stijgende prijzen - vooral van onroerend goed - juist de bedoeling was van zijn beleid. Maar als de rente naar een historisch meer normale 4% zou gaan en de kopers van US Treasuries 6 of 7% rendement zouden eisen, zouden de VS ogenblikkelijk in betalingsproblemen komen. Dan zijn ze Griekenland, zei Peter al eens.
De afgelopen week zag het begin (misschien) van een dergelijke trend. QE is nog steeds in volle gang - de Fed koopt maandelijks zo'n 85 miljard dollar aan Treasuries en hypotheken - en toch daalt de beurs en lopen goud- en zilverprijs op. De Dow daalde deze week met 350 punten, zo'n 2%, Nasdaq idem, de dollar verloor meer dan 1% en zakte weg tegen vooral de Aussie dollar en zelfs de Yen. De prijs van goud steeg deze week met 50 à 60 dollar per ounce, dat is zo'n 4%, zilver steeg met $2,50 ofwel 13%. Staatsobligaties: de yield over de 10-year bond steeg naar 2,83%, de 30-year naar 3,86%. Peter waarschuwt: dit zijn nog steeds  uiterst lage waarden, historisch gezien, maar ze stijgen en zijn hoger dan ze in een jaar of twee zijn geweest. Het is het omgekeerde van wat Bernanke moet willen dat er gebeurt: dalende staatsobligaties en aandelen, dalende dollar; goud en zilver flink hoger, olieprijs boven de $108. 
Het bevestigt wat Peter sinds 2008 over dit Fed-beleid heeft gezegd. Je kunt jezelf niet uit de schulden halen door meer schulden te maken, en het geld bijdrukken zal geen positief effect meer op de economie hebben, maar alleen inflatie als gevolg hebben.

maandag 20 mei 2013

Goudprijs


De voorspellingen van de gold bugs als Peter Schiff lijken niet erg uit te komen nu de goudprijs, die in september 2012 naar $1.750 ging, nog maar op $1.350 staat - Hij zei dat goud wel naar $5.000 kon gaan, of hoger.

Maar hij heeft zijn verhaal niet veranderd. De fundamentele feiten zijn dat de VS, Japan en Europa, maar vooral de VS, niet langer in staat zijn hun welvaartsstaatverplichtingen na te komen en in paniek aan het bijdrukken zijn geslagen. De centrale banken van het Westen zijn al sinds het begin van de twintigste eeuw bezig met het belasten van de besparingen door middel van het vergroten van de geldhoeveelheid om zo de ongelimiteerde groei van de staat te kunnen bekostigen. Als belastingheffing politiek te moeilijk wordt en leningen zo hoog zijn geworden dat ze met nieuwe leningen (tegen een kunstmatig laag gehouden prijs) moeten worden bekostigd, dan is er altijd het laatste redmiddel, de drukpers. Feit is alleen dat dit het bekende gevolg heeft van de ontwaarding van het door de staten in overstelpende hoeveelheden in omloop gebrachte papiergeld, zich uitend in stijgende prijzen voor de consument en dus in een daling van de algemene levensstandaard. Geen nood: met propaganda en vervalste inflatiecijfers merkt jan-met-de-pet hier niets van. Nu ja, tot die geldontwaarding uit de klauwen gaat lopen, en dat is nu precies wat mensen als Peter Schiff denken dat er staat te gebeuren. Op korte termijn.
Wat de prijsdaling van goud heeft veroorzaakt is dat de beursspeculanten hun edelmetaal-futures van de hand hebben gedaan en hun aandeel in edelmetaalfondsen geliquideerd, omdat ze de overheid op hun woord geloven dat de crisis voorbij is en ze deze inflatiegarantie niet meer nodig hebben. Maar de investeerders in fysiek goud (bullion) hebben van de prijsdaling gebruik gemaakt en bijgekocht: de Krugerrands en gold Eagles zijn niet aan te slepen. Peter denkt nog steeds dat de prijs van goud op exploderen staat en dat het over enige tijd niet meer uitmaakt of je je goud tegen $ 1700 of $ 1300 per ounce hebt gekocht, alleen óf je het hebt gekocht, want als je dat tegen die tijd niet gedaan hebt, heb je de trein gemist.

zondag 19 mei 2013

Et tu, Francisque?



Merkel valt paus bij in kritiek op markten
VATICAANSTAD - Angela Merkel is zaterdag op privéaudiëntie geweest bij paus Franciscus. De protestantse Duitse bondskanselier viel de leider van de Rooms-Katholieke Kerk bij in zijn kritiek op de „tirannie van de markt”.
(….) Merkel liet na het gesprek weten dat striktere regulering van de financiële markten een belangrijk doel is tijdens de bijeenkomst van G20-leiders in september.
„Het is waar dat economieën de mensen moeten dienen, maar dat dit de afgelopen jaren helemaal niet het geval is geweest”, aldus Merkel. Zij en Franciscus spraken vooral over globalisatie, de Europese Unie en de rol van Europa in de wereld.
De Argentijnse paus had donderdag zware kritiek op de plek die de economie inneemt in de samenleving. De financiële markten hebben volgens hem gezorgd „voor een nieuwe onzichtbare, soms virtuele tirannie, die eenzijdig en zonder remedie haar wetten en regels oplegt”.
Volgens Franciscus behandelt de moderne economie de mens als een voorwerp „dat je kan  (sic) gebruiken en weggooien”. Hij zei dat „de harten van veel mensen, ook in de zogeheten rijke landen, zijn bevangen in angst en vertwijfeling”.

Hier blijkt duidelijk dat men de vrije markt, het kapitalisme, de schuld geeft voor problemen veroorzaakt door te weinig markt, te weinig vrijheid. De “tirannie van de markt” is in werkelijkheid een tirannie van de politici. Zij ruimen de vrijheid van handelen uit de weg en proberen de economie een centraal geleid proces te maken. En dat werkt niet.
Hele segmenten van de voorheen vrije economie zijn gesocialiseerd of worden centraal geleid door de politiek: onderwijs, gezondheidszorg,  woningbouw en de huurmarkt, grondgebruik en natuurlijk de financiële instellingen en de bijbehorende markten. Enorme publieke schulden zijn gecreëerd. Na vijftig of zestig jaar “stimulering” van de economie is een enorme verarming en verlaging van de levensstandaard het resultaat. In plaats van te leren van hun fouten willen de politici dit rampzalige beleid met verdubbelde energie voortzetten en nog eens biljoenen en triljoenen in de economie pompen.
Wat wel zou werken is het loslaten van het idee dat mensen niet zonder de staat kunnen overleven. Vóór de twintigste eeuw bemoeide de staat zich minimaal met de lotgevallen van individuen en ze redden zich toen beter. De staat is er om één, en niet meer dan een, product te leveren: het gevoel dat we ons privébezit niet zelf, met onze eigen kracht hoeven te verdedigen tegen sterkere individuen of groepen van individuen. Maar in onze tijd is de staat het instrument van bepaalde groepen geworden en dient om geld en schatting aan het vrije sociale systeem te onttrekken ten behoeve van de corrupte politieke elite.
Socialisme is altijd het systeem waaraan dictators de voorkeur geven boven kapitalisme.  Vrije mensen hebben de keus “nee” te zeggen tegen een voorgestelde ruil. In een socialistisch systeem bepaalt de staat de lonen en de prijzen en beheerst daarmee de keuzes van de burgers. Communistische dictaturen wilden altijd de landbouw collectiviseren. Dat is een eufemisme. Dat gaat in werkelijkheid om de staat die controle wilde verkrijgen over de voedselvoorziening van de burgers om ze zo beter te kunnen beheersen. Wie in Cuba al niet naar Castro’s zes uur durende toespraken wilde luisteren kon een verlaging van zijn rantsoen tegemoet zien.
Wij bevinden ons al in een dergelijk socialistisch systeem. Er is geen staatsterrorisme, maar de staat is al autoritair en zal binnen niet al te lange tijd verder afglijden tot een totalitair model. Wie dit niet gelooft, bedenke dat zelfs nu de crisis van de interventionistische staat manifest is, er niemand is die voor een terugkeer naar de vrijheid pleit. De elites hebben met succes een van de staat afhankelijke burgerij gecreëerd. 

dinsdag 2 april 2013

Waar is de vakbond nog goed voor?



Op mijn werk gebeurt het dat je door de leiding gezegd wordt dat ze verplicht zijn een extra pauze in te lassen en je dus pas later naar huis kunt; of dat ze je niet later dan half twaalf ’s avonds mogen laten werken; of dat je niet langer dan zoveel uur achter een bepaalde machine mag staan. Deze dingen wordt het bedrijf door een instelling dat “de vakbond” heet voorgeschreven en het is steeds “an offer you can’t refuse”. De vakbond heeft de macht een bedrijf bepaalde zaken dwingend voor te schrijven, ook al was je als werknemer best tevreden met de afspraken rond werktijden zoals je die onderling was overeengekomen of zoals die over tijd gegroeid waren.
De vakbond is hier natuurlijk bezig de bepalingen van de Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) voor die bedrijfstak uit te voeren, dat wil zeggen, de vakbond werkt hier als een overheidsdienst belast met de afdwinging van door de overheid verplicht gestelde “regelingen” rond arbeidsrelaties. Wat hier verwondering wekt is dat die regelingen worden opgelegd aan burgers die een wederzijds vrijwillige relatie aangegaan waren en die niet om de interventie van de staat hadden gevraagd. Ze worden ook opgelegd aan werknemers die niet lid zijn van de vakbond. De CAO is het resultaat van een onderhandeling op hoog niveau, in de SER onder toezicht van “de Kroon”, waarvan de uitkomsten vervolgens door de overheid “algemeen bindend” worden verklaard en aan alle bedrijven in de betreffende branche dwingend worden voorgeschreven. De vakbond ziet vervolgens toe op de uitvoering ervan. Maar als iemand een handel drijft en goederen ruilt voor geld of voor een dienst of voor andere goederen, zouden we het dan accepteren dat de staat eén kant van de uitwisseling tot slachtoffer en de andere tot uitbuiter bombardeert en in naam van “sociale rechtvaardigheid” gaat voorschrijven wat er voor welke prijs geruild mag worden? Een arbeidsrelatie is niet anders dan een ruil: de arbeider levert een dienst (arbeid) in ruil voor loon. Dat loon is de prijs van de arbeid. Prijzen zijn het resultaat van vrije uitwisseling.
Het idee dat de overheid, die normaal geen prijzen voorschrijft, in het geval dat de wederzijds vrijwillige ruil de levering van arbeid betreft plotseling gerechtigd is de prijs vast te gaan stellen, komt in feite uit de koker van het fascisme zoals dat begin twintigste eeuw in Duitsland, Italië en de VS populair werd. Die fascistische beweging was niet alleen een beweging die zich op politiek gebied manifesteerde, maar die toch ook in de economie, speciaal in de arbeidsrelaties wilde ingrijpen, en dan uitsluitend ten voordele van de arbeiders en tegen de ondernemers. (En vóór degroepen met schulden en tégen de schuldeisers). Het was een bij uitstek antikapitalistische, anti-individuele-vrijheidbeweging, dus een beweging die zich richtte tegen de vrije keuze van de burgers, maar wilde dat de staat lonen en prijzen ging vaststellen. Dit kun je ook socialisme noemen, er is op economisch gebied geen verschil. Het is belangrijk te begrijpen dat die fascistische elementen nooit meer verdwenen zijn. In alle westerse landen werden ze overgenomen door de sociaaldemocraten en later door alle andere partijen, zodat we nu, ook in Nederland, in feite een fascistisch economisch systeem hebben.
Veel mensen denken dat, als de overheid geen regels stelt zoals een minimumloon of een verbod op prestatieloon, de arbeiders door hun werkgevers uitgebuit zullen worden. Ze denken dat de ondernemers, tuk op winstmaximalisatie, onbeperkt omlaag kunnen gaan met de geboden lonen tot je er niet meer van leven kunt. Dit is onzin. Werkgevers streven ernaar zo weinig mogelijk geld kwijt te zijn aan arbeid, maar als ze daarbij een grens overschrijden merken ze dat ze niet langer de arbeiders krijgen van de kwaliteit die ze nodig hebben. En trouwens, waarom is het dan wél normaal als de werknemers zelf ernaar streven zoveel mogelijk te verdienen? Streven ze er niet ook naar maximale winst uit hun arbeid te halen? De hoogte van het loon, de prijs van arbeid is het resultaat van dit krachtenspel, van deze permanente onderhandeling tussen mensen die ieder van hun kant de vrijheid hebben “nee” te zeggen.
De regels rond loon en arbeid die de overheid stelt en die de vakbond namens haar afdwingt, zijn niet in het belang van de arbeiders, maar doen integendeel hun belangen schade. Maar zoals altijd, moet je om dit in te zien iets verder kijken dan je neus lang is, naar je langetermijnbelang, en daartoe zijn “de meesten” niet bereid of in staat.

zondag 17 februari 2013

Democratie is corruptie


Op Twitter windt een aantal mensen zich vandaag op over een voorgestelde privatisering van de drinkwatervoorziening in de EU. (Anderen zijn koelbloediger.)
Mijn indruk is dat de EU er is om Big Government en daarmee de machtspositie van de politieke kaste te behouden. Wat die positie bedreigt is de keuzevrijheid van de burger zoals die in een honderd procent vrijemarkteconomie heerst. Dus zijn de politici en alle politieke partijen de vijand van de keuzevrijheid en van de vrije markt. Het privatiseren van nutsbedrijven lijkt me hoogstens een afleidingsmanoeuvre. De hoge kosten van Big Government worden niet veroorzaakt door staatsbedrijven, maar door sociale zekerheid. Welvaartsstaat en interventies in de markt zijn de wapens van de elite. Ze kopen een deel van de kiezers met ruimhartige regelingen, halen ondernemers onderuit door middel van propaganda in de media en vestigen hun recht om de burgers de wet voor te schrijven door in media en onderwijs het idee te verkondigen dat dat zo hoort en altijd zo geweest is. Het doel is beheersing van de burgers’ keuzes en daarmee de burgers.
De interventionistische staat werd geboren op hetzelfde moment dat “we democratie kregen”. Dat is geen toeval. Democratie is een systeem van demagogen. Het “volk” wordt gekocht met aan het volk onttrokken middelen. Het resultaat is dat de ene helft van het volk moet werken en belast wordt, om de uitkeringen voor de andere helft op te brengen. Die laatste groep “kan zichzelf geld voteren.” Zij maken het systeem waarbij de werkenden voor hún behoeften slavenarbeid verrichten onomkeerbaar. Juist in een democratie zijn zij in een positie om elke partij die terug wil naar de vrije economie waar ieder verantwoordelijk is voor zijn eigen keuzes electoraal af te straffen. Zij blijven op de politici stemmen die de status quo verdedigen uit angst hun comfortabele positie te verliezen.
Natuurlijk is deze groep – het zijn vooral de ouderen, de babyboomers – gedeeltelijk ook slachtoffer. Vooral de armere onder hen zijn opzettelijk afhankelijk gemaakt van de staat. De staat nam hun hun spaargeld, het resultaat van hun arbeid, af, want sparen: dat kon de staat immers beter dan dat ieder dat voor zich deed. Intussen verwachten we nu alles van de staat. Politici gedragen zich ook alsof ze elk risico dat maar denkbaar zou kunnen opkomen vóór moet zijn of moet afdekken: de staat als reusachtige verzekeringsmaatschappij. Deze ideologie maakt dat ze, niet het recht, maar de plicht hebben in te grijpen in de samenleving en de “zwakkeren” te beschermen tegen de sterken.
De enige uitweg uit deze gecorrumpeerde verhoudingen is het kiesrecht weer in te perken. Ooit was het kiesrecht beperkt tot broodwinners en mensen die belasting betaalden. Dit was misschien één procent van de bevolking. Alleen zij die bijdroegen aan de staatsorganisatie, hadden stemrecht. Dat lijkt mij een prima principe. Toentertijd sloot men natuurlijk ook vrouwen uit, maar er is geen reden daarnaar terug te willen. Er zijn nu voldoende vrouwen die werken en inkomen genereren voor anderen. Maar dat de mensen die uit de staatsruif eten ook nog eens degenen zijn zonder wiens instemming het systeem niet hervormd kan worden is precies het punt dat de situatie met de schuldencrisis zo uitzichtloos maakt.